Indrukken

Onze eerste reis naar Batouri (Oost-Kameroen) in januari 1999 heeft veel indruk gemaakt.

Kameroen is een prachtig land met vriendelijke mensen. We woonden tussen de plaatselijke bevolking en het duurde niet lang tot we allemaal ‘familie’ van elkaar waren. Het ging vanzelf. We werden zonder drempel bij hun dagelijkse leven, hun vreugde en verdriet betrokken.

Kameroen grenst in het zuiden aan het Equatoriale regenwoud waar je nog grote mensapen zoals laaglandgorilla‘s en chimpansees aantreft. Maar ook schuwe bosbewoners, de pygmeeën of zoals zij zich liever noemen: de Baka.

Tijdens ons verblijf realiseerden we ons hoeveel invloed leefwijze op denkpatronen heeft. Bij ons doen machines veel werk en wij denken ‘geautomatiseerd’, soms ver vooruit; zijn doorlopend aan het plannen; met elkaar aan het communiceren; technische oplossingen aan het zoeken etc. Alles liefst snel en efficiënt indien mogelijk.

In het gebied in Oost-Kameroen waar wij actief zijn, zijn dorpen en nederzettingen waar geen GSM ontvangst: is, dus geen telefoon; geen Internet. Dringende boodschappen voor mensen in een ander dorp worden op een papiertje met de chauffeur van de “bushtaxi” meegegeven. Die stopt in het betreffende dorp, geeft het briefje aan iemand die langs de weg staat, legt uit voor wie het bestemd is en rijdt verder. Iedereen kent iedereen en het werkt prima!

Ondanks inspanningen van zeer gemotiveerde onderwijzers ontbreekt het scholen soms aan alles. Een aantal keren zagen we dat onderwijzers zelf de schoolbankjes en tafels getimmerd hadden. Er zijn scholen waar geen lesmateriaal aanwezig is. Schoolgeld en het verplichte schooluniform is een blijvende zorg voor de ouders.

Hoofdtaak van de ouders, voornamelijk de vrouwen, is de zorg voor het gezin. De akkers liggen meestal buiten het dorp en zijn moeizaam te bewerken als geen geschikt gereedschap voorhanden is. Moeders met de baby in een draagdoek op de rug en werkmateriaal in beide handen is het beeld dat zich herhaalt als je door de dorpjes rijdt. Het zijn de vrouwen die naar hun veldjes gaan of ervan terugkeren. Voor het bereiden van voedsel wordt water en hout gehaald. Tegen zonsondergang zie je in de dorpen kinderen lopen met zware boomstronken op hun hoofd of emmers met water dat ze uit een natuurlijke bron of rivier halen.

Er is blijdschap als iemand de kip koopt die door dorpsbewoners langs de weg aangeboden wordt of de maniok of een stronk plantin (bakbanaan). Als iemand ziek wordt is dat een probleem. Je moet ervoor naar een grotere plaats maar eerst vervoer zoeken. Zwangere vrouwen komen soms op het laatste moment achter op de brommer naar het gezondheidscentrum waar kraamhulp aanwezig is. Wij hebben meegemaakt dat moeder met baby al een uur later met de pasgeborene, in handdoeken en dekens gewikkeld weer naar huis ging.  

Het schijnaar doorlopende kappen van het regenwoud met zeer ingrijpende gevolgen voor mensen, dieren en de natuur. Prachtige bosreuzen, die honderden jaren oud zijn, worden via de haven van Douala verscheept naar vele landen. In een aantal gebieden in Kameroen zijn delen van het regenwoud totaal vernield door (meestal buitenlandse) houtexploitanten. Zij laten na hun werk spooksteden achter. De bevolking die eerst bij hen in dienst was is nu werkeloos en verarmt. De niet geschikte bomen en struiken zijn ontworteld en liggen verspreid over de geëxploiteerde vlaktes. Waar eerst grote bomen met hun gigantische kruinen een bladerdak vormden, komt nu teveel zonlicht in het bos. Tere schaduw- en waterplanten verdorren. In razend tempo worden de open plekken in het bos overwoekerd door ondoordringbaar struikgewas. De Baka, sinds eeuwen bosbewoners, zijn op vele plaatsen noodgedwongen langs de weg gaan wonen. Hun leefgebied is verstoord.