In 2000 heeft mevrouw Nicole Adjibolo in Batouri de vrouwenorganisatie Adefka opgericht. ADEFKA is de afkorting voor Association pour le Développement des Femmes de la Kadey (vertaald: Vereniging voor de ontwikkeling van de vrouwen in het gebied van de Kadey). De Kadey is de rivier die door dit uitgestrekte- , en minst ontwikkelde gebied van Kameroen, stroomt.
Reden was dat vrouwen mevrouw Adjibolo regelmatig om hulp kwamen vragen. Vaak dezelfde vrouwen. Zij bedacht dat een vrouwenorganisatie alle vrouwen kan helpen zich te ontwikkelen, onafhankelijker te maken en hun leefomstandigheden te verbeteren. Vrouwenorganisatie Adefka werd een feit.
Vrouwen die lid wilden worden ondertekenden het vastgestelde reglement en beloofden zich hieraan te houden.
Ten tijde van de eerste bijeenkomst van de Adefkavrouwen was een lid van onze werkgroep in Kameroen. Zij werd uitgenodigd. Vrouwen van vele stammen in hun karakteristieke klederdracht waren die avond aanwezig. Jonge en oude vrouwen, gesluierd, niet gesluierd, zeer arm gekleed of iets minder arm. Een grote familie. Politieke voorkeur speelt geen rol bij Adefka. De verhalen die de vrouwen vertelden, hun vreugde, hun zorgen, hun verdriet maar ook hun kracht maakten veel indruk. Veel vrouwen waren vanuit hun dorpjes in het oerwoud te voet naar Batouri gekomen. Een aantal van hen met de baby in een draagdoek op de rug gebonden.
Om lid van Adefka te worden, betaalt de vrouw omgerekend Euro 15,-- per jaar. Het geld komt in een gezamenlijke spaarpot. Vrouwen in een noodsituatie mogen op ondersteuning uit deze financiële buffer rekenen. Bovendien ontvangen de vrouwen van de bijdrage de zo geliefde Adefkajurk. Als ze die dragen zijn ze allemaal gelijk.
De gezinnen zijn groot, de kinderen vragen zorg en aandacht ook al helpen ze veel. Vele vrouwen moeten urenlang lopen naar hun veld, niet zelden met baby op hun rug gebonden en het gereedschap in de handen. Door nu in vele gevallen op grotere, gezamenlijke akkers te werken en elkaar te helpen wordt het werken gemakkelijker. Er zijn werkroosters samengesteld en vrouwen hebben meer ruimte voor andere werkzaamheden. De opbrengst wordt verdeeld, afhankelijk van de per vrouw gewerkte uren. Tijdens regelmatige bijeenkomsten worden gratis cursussen gegeven en adviezen verstrekt door deskundigen.
In 2002 was een lid van onze werkgroep bij de jaarlijkse bijeenkomst van de Adefkavrouwen aanwezig en raakte diep onder de indruk. Terug in Nederland werd overlegd hoe deze vrouwen geholpen zouden kunnen worden. Niet door hen rechtstreeks geld te geven maar door het in Nederland bijeengebrachte geld in Kameroen te besteden om daar de leefwijze voor hen en hun gezinnen te verbeteren. Een groot aantal donateurs reageerde enthousiast.
Adefka is in de loop der jaren een begrip geworden. Er zijn nu ongeveer 1000 vrouwen lid van Adefka. Ze zijn trots om hier deel van uit te maken. Het is een goed voorbeeld voor hoe je met solidariteit meer bereikt.
Het aantal Adefkaleden groeide enorm. Vrijwel elk dorp of grotere plaats in de omgeving heeft nu een Adefkagroep. Adefkavrouwen voelen zich gesterkt en zijn zelfverzekerd geworden. In moeilijke gezinssituaties en bij ziekte staan ze er niet meer alleen voor. Er zijn nu groepen die gezamenlijk akkers bewerken en bij verkoop van de oogst wordt de opbrengst gedeeld, naar gelang de individuele (werk)inbreng. Hierbij zijn de vrouwen wel streng maar rechtvaardig voor elkaar. Door de kosten voor vervoer te delen kan de oogst naar grotere markten elders waar betere prijzen zijn, getransporteerd worden. In een aantal dorpen hebben vrouwen hun akkers vergroot. Sommige vrouwen planten nu duurdere en zeldzamere gewassen aan zoals, bijvoorbeeld rode pepers. Ze vertelden ons dat ze twee keer per jaar de rode pepers kunnen oogsten.